De 10 rasgroepen
Elk hondenras valt onder één van de tien groepen. Die groepen zijn voornamelijk gebaseerd op het werk waarvoor ze zijn ingezet. Waar een hondenras vroeger voor werd gebruikt reflecteert op het karakter en gedrag van de hond van vandaag.
1. Herdershonden en veedrijvers.
De honden uit deze groep werden van origine gebruikt voor het hoeden en drijven van het vee. Bijna elk land heeft zijn eigen herder en veedrijver. Voor Nederland is dat de Hollandse herder en de Schapendoes.
Deze honden eisen veel uitdaging, zowel fysiek als mentaal. Wanneer dit onvoldoende is kan dit leiden tot probleemgedrag zoals: Het najagen van alles wat beweegt (met name de drijvers), nervositeit, overmatig blaffen en, in sommige gevallen, agressie.
Met name de veedrijvers hebben soms nijgingen om hakken te bijten. Dit komt voort uit het drijven van kuddes vee. Ook hebben de honden uit deze groep over het algemeen een vrij lage prikkeldrempel. Dit houdt in dat je deze honden vrij snel aan het blaffen en bijten krijgt. Dit maakt de Duitse, Hollandse en Mechelse herders zo geschikt voor beveiliging en politiewerk.
Wist je dat er vier variaties zijn van de Belgische herder? De Mechelaar is misschien wel het meest bekend, maar daarnaast zijn er ook nog de Groenendaeler, Tervuerense herder en de Leakense Herder.
Veelvoorkomende rassen:
- Border Collie
- Duitse Herder
- Australian Shepherd
- Welsh Corgi
- Hollandse Herder
- Bouvier des Flandres
Veelvoorkomende rassen:
2. Pinchers, Schnauzers, Molossers en Sennenhonden.
Pinchers en Schnauzers werden vroeger gebruikt voor het verdelgen van ongedierte en ter bewaking van het erf. Omdat deze honden (m.u.v. de Riesenschnauzer) niet groot zijn moesten zij dit compenseren met hun temperament om indruk te maken op potentiële indringers. Dit is ook de reden waarom Pinchers en Schnauzers soms wat probleemgedrag vertonen, met name agressie en terughoudendheid, ontwikkelen tegenover bezoek of andere honden.
Molossers (dogachtigen) zijn grote sterke honden die veelal gebruikt worden voor het bewaken en verdedigen van huis en haard en werden ook voor karren gespannen. Molossers zijn over het algemeen rustig, zelfverzekerd en zelfstandig.
Deze honden hebben tevens veel bijtkracht en horen een hoge prikkeldrempel te hebben. Dit wil zeggen dat er heel wat moet gebeuren voordat een Molosser gaat bijten. Hun zelfstandigheid kan ook voor problemen zorgen wanneer er onvoldoende leiding gegeven wordt. Dominantie problemen en agressie naar vreemde honden en mensen kunnen het gevolg zijn.
De Dobermann is gefokt door een deurwaarder (mr. Dobermann) welke een moedige en imponerende hond bij zich wilde hebben wanneer hij schulden moest innen.
3. Terriërs
Deze groep honden werden veelal voor de jacht en worden gebruikt voor het verdelgen van ongedierte. Kortbenige terriërs zoals de Jack Russell Terriër werden gebruikt voor de jacht onder de grond terwijl langbenige terriërs zoals de Airedale Terriër gebruikt werden voor de jacht boven de grond. Daarnaast waren er nog terriërs die gekruist zijn met molossers (dog achtigen). Dit zijn de Stafford of Pitbull achtige honden.
Terriërs zijn energieke en moedige honden en eisen ook veel uitdaging en beweging. Een tekort hieraan kan leiden tot overmatig blaffen. Daarnaast houdt bijna elke terriër van graven. Dit graven kan nog wel eens voor problemen zorgen als u van een nette tuin houdt.
Veelvoorkomende rassen:
4. Dashonden
Deze ‘groep’ bestaat enkel uit één ras: de Teckel. Er zijn veel varianten binnen dit ras, zo heb je de teckel, dwergteckel en de kaninchenteckel. Dit wordt bepaald na aanleiding van hun borstomvang. Daarnaast kan een teckel ruw, glad of kort haar hebben en zijn er meerdere kleuren varianten.
De teckel werd gebruikt voor het jagen op dassen en vossen waarbij veel zelfstandigheid werd vereist. Als een teckel moest wachten op een commando om een prooi te doden, kon dit zijn leven kosten. Deze zelfstandigheid hebben ze nog steeds daarom moet een teckel ook goede begeleiding hebben in de opvoeding.
Helaas zorgt de lange rug van de teckel, in bijna alle gevallen, voor hernia’s en andere rugklachten.
5. Spitsen en oertypen
De honden die tot deze groep behoren werden veelal gebruikt voor het trekken van sledes, waken en jagen. Deze honden hebben over het algemeen een enorm grote jachtdrift. Verdere veel voorkomende problemen in deze groep zijn: joelen, niet alleen kunnen zijn en coprofagie (het eten van ontlasting).
Niet elke hond in deze groep is even gehoorzaam. Met name de Akita en Chow Chow zijn soms lastig hierin. Het is daarom belangrijk om goed te weten wat voor hond je in huis haalt. Het zijn namelijk mooie honden met dikke zachte vachten waar mensen soms lekker mee denken te knuffelen. Echter zijn deze honden hier niet altijd van gediend.
Veelvoorkomende rassen:
6. Lopende honden en zweethonden
Zweethonden zijn geen honden die veel zweten maar werden gebruikt om wild op te sporen door middel van het volgen van een zogeheten zweetspoor. Het is vanzelfsprekend dat honden uit deze groep een enorm goede neus en een goed ontwikkeld jachtinstinct hebben. Gehoorzamen hebben deze honden nog wel eens moeite mee maar kunnen vaak wel goed overweg met andere honden.
De lopende honden zijn de Rhodesian Ridgeback en de Dalmatiër. Dit zijn echte atleten en zijn enorm veel beweging nodig. Het zijn ook geen makkelijke honden en een verwachting stellen van een dalmatiër op basis van de film ‘101 dalmatiërs’ is niet realistisch.
Veelvoorkomende rassen:
7. Voorstaande honden
Dit zijn echte jachthonden en werden ook alleen voor de jacht gebruikt. Deze honden wezen het wild aan door middel van het voorstaan. Op commando van de jager gingen zij het wild opjagen zodat de jager kon schieten. Deze honden bezitten dus ook een extreem goed jachtinstinct en hier zal altijd rekening mee gehouden moeten worden.
Deze jagers kunnen goed gehoorzamen als zij geen ‘wild in de neus hebben’. Het aanleren van een goede ‘hier’ is geen overbodige luxe bij deze jachthonden.
Hoewel de Friese Stabij in deze groep is geplaatst, is deze vroeger voor veel meer taken gebruikt dan enkel het jagen. Zo is dit ras gebruikt als waak- en erfhond en mollenvanger.
Veelvoorkomende rassen:
Veelvoorkomende rassen:
8. Retrievers, Spaniëls en waterhonden
Deze honden zijn misschien wel de meest populaire gezinshonden. Met name de retrievers hebben een lief en zacht karakter, kunnen goed met andere honden en kinderen en zijn zeer aanhankelijk. De spaniëls zijn ook uitstekende gezinshonden echter zijn ze een stuk kleiner dan een retriever en vallen al snel af als ‘een hond met een beetje body’ een van de wensen is.
De waterhonden zijn minder populair. Misschien omdat ze veel van water houden en niet iedereen gediend is van elke dag een natte hond in huis. Of misschien omdat, bijvoorbeeld, de wetterhoun geen hond voor beginners is en het daarom niet verstandig is om hem als maatje voor de kinderen te hebben.
Deze honden zijn van origine gebruikt om geschoten wild te apporteren. Waarbij de waterhonden zich gespecialiseerd hadden in waterwild.
Door populariteit zijn verschillende rassen er slechter uitgekomen. Zo hoort de Labrador een rustige en stabiele hond te zijn echter kent iedereen wel een labrador wat meer lijkt op een ongeleid projectiel. Gelukkig zijn er nog wel honden uit deze groep met de kwaliteiten die hen zo populair hebben gemaakt. Bij aanschaf is het dus aan te raden om hierna te zoeken.
Er zijn twee rassen in deze groep welke last hebben gehad van aangeboren agressie. Het rode cocker syndroom en golden rage. Deze aangeboren agressie is niet weg te trainen en is vaak onvoorspelbaar.
9. Gezelschapshonden
De honden uit deze groep werden allemaal geselecteerd en gefokt om mensen gezelschap te houden en hebben nooit echt gewerkt met of voor mensen zoals jachthonden en retrievers. Het zijn kleine honden. Het zijn misschien ook de honden met de meeste lichamelijke problemen. Korte snuiten, smalle neusgaten, kleine hoofdjes met te grote hersenen zijn deze groep niet vreemd.
Al deze problemen komen voort uit het door fokken van de honden. Ook word snurken en knorren nog wel eens als ‘schattig’ gezien echter is dit extreem oncomfortabel voor de hond. Het is daarom ook van groot belang dat als u een hond uit deze groep zoekt om altijd te kijken naar een neus en normale neusgaten en geen neusstreepjes.
Veelvoorkomende rassen:
Veelvoorkomende rassen:
10. Windhonden
Deze honden zijn echte jagers die meer op zicht jagen dan op geur. Buiten het goed kunnen jagen, kunnen deze honden ook extreem goed rennen. Een windhond die op volle snelheid achter een prooi aan rent is een lust voor het oog. En dan bedoel ik niet de windhonden die gebruikt om tegen elkaar te racen.
Hun uitmuntende jachtinstinct kan nog wel voor problemen zorgen. Zo kunnen deze honden nog wel eens klein vee en kleine huisdieren doden en zijn het beruchte weglopers. Een positieve kant van deze windhonden is dat ze binnen zo rustig zijn als buiten actief.
Wolfshonden (zoals de Ierse wolfshond) zijn vroeger gebruikt om op wolven te jagen. Wolf-honden zijn honden waar nog een gedeelte wolf bij in gefokt is.
